Werkwoorden. Oef.38: De indicatief in de voltooide tijden

Vul in. Druk daarna op "Controleer je antwoord". Gebruik de "Hint"-knop om een nieuwe letter te krijgen als je problemen hebt om te antwoorden. Hou er wel rekening mee dat je punten verliest bij het vragen van een hint.
Ontleed de werkwoorden: geef vorm, wijze, tijd, persoon en getal. Geef ook de infinitief praesens.
Het is belangrijk dat je de juiste afkortingen gebruikt. (Vergeet de punten niet!) Maak gebruik van volgende lijst:

Vorm: Act. - Pas.
Wijze: Ind. - Inf. - Conj. - Imp. - Part.
Tijd: Praes. - Imperf. - Fut.simp. - Perf. - Plusq.perf. - Fut.Ex.
Persoon: 1 - 2 - 3
Getal: Enk. - Mv.


quaesiverat:
suavisse:
amisurum esse:
traxerint:
iuncti sunt:
victi eritis:
relictum esse:
scripsi:
missi:
profuerat: