Taalstudie: de syntaxis van de accusatief
|
1. Serva cenam parat.
|
De slavin maakt het avondmaal klaar. |
|
Accusatief van het lijdend voorwerp |
|
Opmerking:
Sommige Latijnse werkwoorden (rogare, docere, celare) kunnen met twee
accusatieven geconstrueerd worden:
|
Magister nos linguam Latinam docet.
|
|
De meester leert ons Latijn. |
2. Germani trans Rhenum habitabant.
|
De Germanen woonden aan de overzijde van de Rijn. |
|
Accusatief na voorzetsels |
|
Opmerking:
Romam iter facimus : We reizen naar Rome. |
|
Accusatief van van richting
|
|