Druk op "volgende" om de oplossing te zien of om naar het volgende woord te gaan. Druk op "verwijder" als je het woordje reeds kent. Je kan de oefening helemaal opnieuw starten door op F5 te drukken.
nuntius | nuntii man. / bode; bericht |
somnium | somnii onz. / droom |
casus | casus man. / val; voorval |
imminere | + datief immineo, / hangen boven; bedreigen |
caedere | caedo, cecidi caesum / hakken; doden |
occidere | occido occidi, occisum / vellen; doden |
non iam | bijwoord / niet meer |
fuga | fugae vr./ vlucht |
matrimonium | matrimonii onz. / huwelijk |
velum | veli onz. / zeil; sluier |
classis | classis vr. / vloot |
imago | imaginis vr. / beeld |
salus | saltuis vr. / welzijn; redding |
conspectus | conspectus man. / zicht |