Voc. II. transitus p. 9

Flash-kaarten

Druk op "volgende" om de oplossing te zien of om naar het volgende woord te gaan. Druk op "verwijder" als je het woordje reeds kent. Je kan de oefening helemaal opnieuw starten door op F5 te drukken.

nonontkenning / niet
sedvoegwoord / maar
centumtelwoord / honderd
milletelwoord / duizend
advoorz. + acc. / naar; tot bij
antevoorz. + acc. / voor
apudvoorz. + acc. / bij
circumvoorz. + acc. / rondom
intervoorz. + acc. / tussen; tijdens
pervoorz. + acc. / door; gedurende
postvoorz. + acc. / achter; na
praetervoorz. + acc. / voorbij; behalve
propevoorz. + acc. / nabij
abvoorz. + abl. / van; door
cumvoorz. + abl. / samen met
devoorz. + abl. / van; over; wegens
e(x)voorz. + abl. / uit; vanaf
provoorz. + abl.voor; in de plaats van; overeenkomstig
sinevoorz. + abl. / zonder
invoorz. + acc. / naar; tegen
invoorz. + abl. / in; op
subvoorz. + acc. / tot onder; tegen; tijdens; omstreeks
subvoorz. + abl. / onder
quo?bijwoord / waarheen?
ubi?bijwoord / waar?
asinusasini man. / ezel
locusloci man. / plaats; gelegenheid
amicitiaamicitiae vr. / vriendschap
horahorae vr. / uur
patriapatriae vr; / vaderland
silvasilvae vr. / bos
victoriavictoriae vr. / overwinning
villavillae vr. / landgoed
auxiliumauxilii onz. / hulp
tectumtecti onz. / dak; huis
templumtempli onz. / tempel
laborlaboris man. / inspanning; leed
monsmontis man. / berg
luxlucis vr. / licht
morsmortis vr. / dood
totustota, totum / geheel